Waarom zijn er wolken?

Zit je net lekker in de zon, schuift er een grote wolk voor... Waarom zijn wolken er eigenlijk?

Piepkleine druppeltjes

Op aarde is heel veel water. Meer dan 70 procent van het oppervlak is ermee bedekt. Al dat water wordt verwarmd door de zon. Een klein deel ervan verandert daardoor in waterdamp. Dat is een onzichtbaar gas.

Die waterdamp gaat de lucht in en stijgt steeds verder op. Hoe hoger de waterdamp komt, hoe kouder de lucht wordt. Als de waterdamp in die koude lucht een stukje stof tegenkomt, blijft hij aan dat stukje stof plakken. De waterdamp verandert dan terug in een piepklein waterdruppeltje.

Dat druppeltje is zo licht dat het kan blijven zweven. Samen met een heleboel andere van zulke waterdruppeltjes vormt het een wolk.

Onmisbare kringloop

Als veel van die waterdruppeltjes bij elkaar komen, plakken ze aan elkaar vast en worden ze groter. Op een gegeven moment zijn de druppels dan te zwaar om te blijven zweven. Ze vallen dan naar beneden als regen.

Die regen komt weer terecht in sloten, rivieren, meren, zeeën, oceanen… Zo is het water na een lange reis omhoog en omlaag weer terug waar het begon. Deze rondreis van water noemen we ook wel de waterkringloop.

Zonder wolken hebben we dus geen regen en geen waterkringloop. En hoe vervelend regen soms ook is, als al ons water naar boven zweeft en nooit meer terugkomt, hebben we een groot probleem. We kunnen dus beter maar in de wolken zijn met onze wolken.